Stap 2 Meldcode Huiselijk Geweld Update

Stap 2 van de meldcode huiselijk geweld is het verzamelen van informatie en het overleggen met een deskundige collega, bijvoorbeeld een aandachtsfunctionaris huiselijk geweld of een vertrouwenspersoon.

In deze stap gaat het erom dat je de signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling verder onderzoekt en informatie verzamelt. Hierbij kun je denken aan het observeren van gedrag, het stellen van gerichte vragen aan de betrokkenen en het inwinnen van informatie bij andere professionals die bij het gezin betrokken zijn.

Vervolgens bespreek je je bevindingen met een collega om te komen tot een gezamenlijke afweging. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de vraag of er sprake is van een vermoeden van huiselijk geweld of kindermishandeling, of er voldoende informatie beschikbaar is om een melding te kunnen doen bij Veilig Thuis, en welke vervolgstappen er eventueel genomen kunnen worden om de veiligheid van de betrokkenen te waarborgen.

De Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling kent vijf stappen:

Stap 1: In kaart brengen van signalen – Wat zijn de signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling?

Stap 2: Collegiaal consult en zo nodig raadplegen van Veilig Thuis – Bespreek de signalen met een collega en/of raadpleeg Veilig Thuis voor advies.

Stap 3: Gesprek met de betrokkene(n) – Ga in gesprek met de betrokkene(n) over de signalen en probeer een beeld te krijgen van de situatie.

Stap 4: Wegen van het geweld of de mishandeling – Maak op basis van de signalen, het gesprek en het advies van Veilig Thuis een inschatting van de ernst van het geweld of de mishandeling.

Stap 5: Beslissen over melden of hulp organiseren – Beslis of er melding gedaan moet worden bij Veilig Thuis en/of organiseer hulp voor de betrokkene(n).

Stap 3 van de Nederlandse meldcode is het wegen van het huiselijk geweld of de kindermishandeling. In deze stap worden de signalen van het geweld of de mishandeling geanalyseerd en beoordeeld om te bepalen of er sprake is van een vermoeden van huiselijk geweld of kindermishandeling en of er actie moet worden ondernomen.

Hierbij kunnen de volgende vragen worden gesteld:

• Wat is de aard, de ernst en de duur van het huiselijk geweld of de kindermishandeling?
• Wat zijn de risico’s en gevolgen van het huiselijk geweld of de kindermishandeling voor het slachtoffer, eventuele andere betrokkenen en de omgeving?
• Wat is de context waarin het huiselijk geweld of de kindermishandeling plaatsvindt?
• Zijn er beschermende factoren aanwezig die het risico op (verdere) schade kunnen verminderen?

Op basis van deze analyse wordt besloten welke vervolgstappen er genomen moeten worden. Dit kan variëren van extra informatie verzamelen en overleggen met collega’s tot het doen van een melding bij Veilig Thuis, de politie of andere instanties. Het is belangrijk om bij deze stap altijd te handelen in het belang van het slachtoffer en de veiligheid van betrokkenen voorop te stellen.